KANZEON
ZEN CENTRUM DEN HAAG | ||
| ||
home wat is zazen? citaat van de week adressen en links meer links |
Vorige citaten: Het
Wekken van Motivatie De
Boeddha Hij beschermt me zodat ik mij niet blijf wentelen in verwarring en hij helpt me echte zelfloosheid en mededogen te verwerkelijken. De Boeddha is mijn inspiratie. Hij heeft ditzelfde pad gevolgd en vele moeilijkheden overwonnen. De Boeddha is de leraar, de verheven krijger die de fundamentele goedheid ziet in alle levende wezens. Ik zal net als de Boeddha zijn: ik zal mijn hindernissen en moeilijkheden overwinnen, mijzelf bevrijden uit samsara en volledige, volmaakte verlichting bereiken. De Boeddha geeft het voorbeeld om mijzelf noch anderen kwaad te doen. De Boeddha helpt mij om aandacht en bewustzijn te ontwikkelen in denken, spreken en handelen. De Boeddha is de koele bries in de hitte van samsara. Ik neem mijn toevlucht tot de Boeddha, wiens wijsheid onpeilbaar is en straalt als de Grote Oostelijke Zon, die alle duisternis verlicht. Ik neem mijn toevlucht tot de Boeddha.
Eén. Consider it: every person you have ever met, every person you will pass on the street today, is going to die. Living long enough, each will suffer the loss of his friends and family. All are going to lose everything they love in this world. Why would anyone want to be anything but kind in the meantime? We are bound to one another. The fact that our ethical institutions must, in some way, supervene upon our biology does not make ethical truths reducible to biological ones. We are the final judges of what is good, just as we remain the final judges of what is logical. And on neither front has our conversation with one another reached an end. There need be no scheme of rewards and punishments transcending this life to justify our moral intuitions or to render them effective in guiding our behavior in the world. The only angels we need invoke are those of our better nature: reason, honesty, and love. The only demons we must fear are those that lurk inside every human mind: ignorance, hatred, greed, and faith, which is surely the devils masterpiece. Twee. Some may say that both Christianity and Buddhism are now very old, perhaps too old for such a transformation. Certainly, Christianity was born twenty, and Buddhism twenty-five centuries ago. Their doctrines and church systems in their present forms are lifeless and antiquated. Personally, however, I would like to say that Christianity is only 2000 years old. Buddhism is just two thousand and five hundred years old. They are still quite young! Who can say with justification that the Logos actualized in Jesus and the Dharma realized by Gautama have already been exhaustively developed? Both are inexhaustible and full of life. If one comes to have immediate contact with the Logos and the Dharma in ones own being, how could one say that Christianity and Buddhism are too old? The problem
of The End of World Religion, in the double sense It is our very own personal and existential problem. Whether or not one believes in the possibility of Christianity and Buddhism as future universal forms of world religion is entirely dependent upon whether or not one is in direct contact with the Logos and the Dharma.
De
aard van de geestelijke gezondheidszorg Lezing bij het aanvaarden van de Ereprijs van het Nationaal Fonds voor de Geestelijke Volksgezondheid, 16 november 1998 A. van Dantzig [...] Nog even over dat woord vanzelfsprekendheid. In India is het vanzelfsprekend dat mensen langs de kant van de weg liggen te creperen, zoals dat bij ons ook tot voor kort het geval is geweest: bedelaars op de trappen van de kerk. Dat is bij ons nu niet meer vanzelfsprekend - al is het dat wel weer aan het worden. Maar bij ons worden ieder jaar minstens vijftig kinderen door hun ouders doodgeslagen. Dat is meer dan ooit mensen de ziekte van Creutzfeld-Jakob zullen krijgen door gekke koeien. Maar wij vinden het vanzelfsprekend dat de privacy van het gezin voorgaat. En die doodgeslagen kinderen zijn dan nog uit hun lijden. Vanavond worden duizenden kinderen mishandeld en vanzelfsprekend doen wij daar niets aan. Is het utopisch te denken dat wij dat ooit niet meer zullen tolereren, koste wat het kost? Niet meer utopisch dan ooit de verzorgingsstaat, of het elimineren van pest en pokken, of het vestigen van een wereldomspannende, in ieder huis aanwezige, kerk utopisch was. Of het lukt weet je nooit. Je weet alleen zeker dat als je het niet probeert, het zeker niet gebeurt. En al moge het einddoel utopisch klinken, interessanter is dat ieder stapje op die weg meetelt voor het verlichten van lijden van een aantal mensen, die allemaal maar een keer leven. [...]
Dr. Andries van Dantzig (1920) is psychiater-psychoanalyticus en emeritus-hoogleraar psychotherapie aan de Universiteit van Amsterdam. Op 15 december 2001 werd hij geïnterviewd door Martin Simek.
| |
home | wat is zazen? | citaat van de week | vorige citaten | adressen en links | meer links |